5 moments of need uitleg|voorbeeld

De theorie van de "5 Moments of Need" is een concept dat ontwikkeld is door Bob Mosher en Conrad Gottfredson, en het beschrijft de verschillende momenten waarop mensen behoefte hebben aan ondersteuning en informatie tijdens hun werk of leerproces. Het model identificeert vijf specifieke momenten waarop een persoon behoefte heeft aan leer- of prestatieondersteuning:


Nieuwe dingen leren (New)

  • Dit is het moment waarop iemand voor het eerst iets leert. Het gaat om het initiële leerproces, zoals het volgen van een cursus of training om basiskennis en vaardigheden te verwerven.

Meer leren (More)

  • Dit moment doet zich voor wanneer iemand die al enige basiskennis heeft, zijn of haar kennis wil verdiepen of uitbreiden. Dit kan bijvoorbeeld het volgen van een gevorderde cursus zijn of aanvullende informatie zoeken om beter te begrijpen hoe iets werkt.

Toepassen (Apply)

  • Dit moment treedt op wanneer iemand wat hij of zij heeft geleerd in de praktijk moet brengen. Het gaat om het gebruik van opgedane kennis en vaardigheden in de werkcontext. Hier is vaak behoefte aan praktische ondersteuning en toegang tot hulpmiddelen die helpen om taken correct uit
    te voeren.

Problemen oplossen (Solve)

  • Dit is het moment waarop iemand een probleem of onverwachte situatie tegenkomt die moet worden opgelost. Het kan gaan om het vinden van oplossingen voor fouten, onverwachte problemen of obstakels die het uitvoeren van een taak bemoeilijken. Dit vereist vaak snelle en gerichte toegang tot specifieke informatie.

Veranderen (Change)

  • Dit moment treedt op wanneer er veranderingen zijn in de werkomgeving, technologie,
    processen of procedures. Mensen hebben dan behoefte aan ondersteuning om zich aan te passen aan de nieuwe situatie en om te leren hoe ze de veranderingen kunnen implementeren en ermee om kunnen gaan.


De "5 Moments of Need"-theorie benadrukt dat leren en prestatieondersteuning niet alleen plaatsvindt in formele leeromgevingen, maar ook tijdens het werk zelf, op momenten dat het nodig is. Het model helpt organisaties en opleidingsprofessionals om leeroplossingen te ontwerpen die effectief inspelen op de diverse en specifieke behoeften van mensen in verschillende situaties.


Wat belangrijk is dat bij de leerbehoefte nieuw en meer leren je vooral klassiek leren inzet. Denk aan trainingen, e-learning etc. En bij de overige leerbehoefte kan je de theorie van performance support inzetten.


Voorbeeld 5 moments of need

De 5 moments of need gaat dus om verschillende leerbehoeften van mensen. Hieronder staat een voorbeeld hoe je met de verschillende leerbehoeften om kan gaan. Als voorbeeld gebruiken we een ziekenhuis dat een nieuw elektronisch patiëntendossier (EPD) systeem introduceert.
.

Nieuwe dingen leren (New)

  • Voorbeeld: Het ziekenhuis heeft een nieuw EPD-systeem ingevoerd. Alle verpleegkundigen en artsen moeten leren hoe ze dit systeem moeten gebruiken. Ze krijgen een introductiecursus waarin de basisfuncties van het systeem worden uitgelegd, zoals het invoeren van patiëntgegevens en het raadplegen van medische dossiers.

Meer leren (More)

  • Voorbeeld: Een ervaren verpleegkundige die de basis al beheerst, wil meer geavanceerde functies leren, zoals het genereren van specifieke rapporten of het gebruik van het systeem voor het beheren van medicatievoorschriften. Ze volgen een gevorderde training of zoeken naar online tutorials die deze functies uitleggen.

Toepassen (Apply)

  • Voorbeeld: Tijdens een drukke dienst moet een arts het nieuwe EPD-systeem gebruiken om de medische geschiedenis van een patiënt snel op te zoeken en nieuwe labresultaten in te voeren. De arts heeft behoefte aan snelle, praktische ondersteuning, zoals een referentiekaart met veelvoorkomende handelingen of een helpdesk die bij vragen direct ondersteuning kan bieden.
  1. Problemen oplossen (Solve)
  • Voorbeeld: Een verpleegkundige merkt dat een bepaalde functie van het EPD-systeem niet werkt zoals verwacht of dat er een foutmelding verschijnt tijdens het invoeren van gegevens. Ze moeten weten hoe ze deze technische problemen kunnen oplossen. Dit kan inhouden dat ze toegang hebben tot een FAQ-sectie, een technische supportlijn bellen, of een online troubleshooting gids raadplegen.
  1. Veranderen (Change)
  • Voorbeeld: Het ziekenhuis besluit om een update door te voeren in het EPD-systeem met nieuwe beveiligingsprotocollen en extra functionaliteiten. De medewerkers moeten leren hoe ze met deze veranderingen kunnen omgaan. Dit betekent dat ze moeten deelnemen aan bijscholingssessies en mogelijk nieuwe procedures moeten aanleren om de veranderingen effectief te integreren in hun dagelijkse werkzaamheden.


Waarom is dit belangrijk?

  • Nieuwe dingen leren: Zorgt ervoor dat alle medewerkers een basisniveau van competentie bereiken.
  • Meer leren: Helpt medewerkers hun vaardigheden te verdiepen en efficiënter te worden.
  • Toepassen: Ondersteunt medewerkers bij hun dagelijkse taken en verhoogt de productiviteit.
  • Problemen oplossen: Zorgt voor continuïteit in de zorgverlening door snel en effectief op problemen te reageren.
  • Veranderen: Helpt medewerkers zich aan te passen aan veranderingen en nieuwe technologieën, wat cruciaal is voor het up-to-date blijven in de gezondheidszorg.


Wat betekent dit voor het zorgbedrijf?

Door te begrijpen wanneer en hoe medewerkers hulp nodig hebben, kan het zorgbedrijf gerichte trainingen en ondersteuningsmiddelen bieden. Dit zorgt ervoor dat de introductie van nieuwe systemen en technologieën soepel verloopt en dat medewerkers effectief kunnen blijven werken, wat uiteindelijk leidt tot betere zorg voor patiënten.

 

Bron: Apply Synergies. (2023, 17 november). The 5 Moments of Need Framework and EnABLE Methodology. https://www.applysynergies.com/methodology/

Deel deze pagina met andere studenten!

Share by: